18 maart Online Bijeenkomst Haal meer uit de Bibliotheekmonitor – VVE
De resultaten van het onderzoek VVE van de Bibliotheekmonitor zijn op 5 februari jl. gepubliceerd.
Wij geloven dat de essentie van een leefbare samenleving is
dat burgers kunnen meedoen in de samenleving.
Daar zetten we ons iedere dag weer met passie voor in.
De resultaten van het onderzoek VVE van de Bibliotheekmonitor zijn op 5 februari jl. gepubliceerd.
Go Ahead Eagles, Heracles Almelo, sc Heerenveen en 9 Bibliotheken uit Overijssel bundelen hun kracht en expertises. Het jaarlijks terugkerend leesproject ‘Scoor een Boek’ verbindt lezen aan de populairste sport in Nederland; voetbal. Het doel is om leerlingen uit de groepen 5 en 6 uit Overijssel te stimuleren om met plezier te (blijven) lezen én om het hele gezin te enthousiasmeren.
Donderdag 21 januari organiseerde Rijnbrink in samenwerking met de Bibliotheek Kampen een webinar over Digitale prentenboeken voor het Netwerk van Overijsselse Bibliotheken en het Gelders Bibliotheek Netwerk. Drs Kees Broekhof van Sardes vertelde in dit webinar over de meerwaarde van digitale prentenboeken.
Een 3D-printer, lasercutter en foamsnijder in je dorp? In Twenterand gebeurde het. Het Mobiele Lab van Tetem stond in Jongerencentrum Future in Westerhaar. Daar maakten de bezoekers kennis met techniek. Dat techniek verbindt blijkt; de jongerenwerkers van Zorgsaam Twenterand en de mensen van Bibliotheek Twenterand maakten dit samen mogelijk. Een waardevolle samenwerking voor de toekomst!
Ervaringen uit het pilotproject Samen Digi-TAAL
Stichting Fundament in Losser is één van de deelnemers aan de pilot Samen Digi-TAAL! die in 2020 van start is gegaan. Yolanda Kerver (educatiecoach) en Dorine Müller (taalpuntcoördinator) vertellen over hun aanpak en ervaringen tot nu toe.
Logisch vervolg op andere projecten
Dorine: Bij Fundament noemen we het project niet Samen Digi-TAAL!, maar Digi-TAAL Thuis! Daar hebben we voor gekozen, omdat de naam zo aansluit bij het ouderbetrokkenheidsprogramma op de kinderdagverblijven: VVE-thuis. Bij ons in Losser liepen er al een aantal projecten, van waaruit we deze pilot zijn gestart. We hadden bijvoorbeeld al een project dat heet ‘Begin de dag met een boekje’, waarin we ook ouders en de school betrekken bij het lezen. Deze pilot met het gebruik van tablets sluit hier heel mooi bij aan. Digi-TAAL Thuis! is een programma met onderdelen uit diverse andere projecten. Zo hebben we de basis van ‘Begin de dag met een boekje’ aangehouden, maar is de leen-IPad uit Samen Digi-TAAL! toegevoegd. De begeleiding bij ouderbijeenkomsten door vrijwilligers gebruiken we uit de methode: Voor jou en je kind van de Stichting Lezen en Schrijven.
Yolanda: Ja inderdaad, voor ons was dit een logisch vervolg om op de school waar het project ‘Begin de dag met een boekje’ liep, om via deze gezinsaanpak ook ouders te bereiken voor Digi-TAAL Thuis! In eerste instantie richten we ons nu op groep 1 en 2, maar we krijgen nu al vragen of ook iemand uit groep 3 in aanmerking kan komen.
Het moet vooral leuk zijn!
Dorine: Wat wij belangrijk vinden – en dat leggen we ook steeds uit aan ouders – is dat school de plek is waar echt geleerd wordt. Vanuit de bibliotheek willen we juist het plezier in lezen vergroten en kinderen enthousiast maken voor lezen en taal. In de ouderbijeenkomsten proberen we die balans tussen leren op school en plezier hebben om thuis de Ipad te gebruiken ook heel duidelijk over te brengen. Dus niet dat ouders thuis tegen hun kind zeggen: “Zo, nu gaan we aan de slag voor school.” Dat is niet de bedoeling. Plezier is de sleutel!
Samenwerking met school belangrijk
Dorine: Onze ervaring is dat het ontzettend belangrijk is om een project als dit samen met de school uit te rollen. Het is belangrijk dat binnen de school voldoende draagvlak is. De school bepaalt welke kinderen meedoen. Met Digi-TAAL Thuis! sluiten we aan bij de thema’s die in de groepen 1 en 2 op school behandeld worden. Dus gaat het in de klas over het thema ‘herfst’, dan gaat het thuis, in de apps en de boeken en de materialen die wij meegeven, ook allemaal over herfst.
Ouderbijeenkomsten lastig door corona
Yolanda: Ondanks deze coronatijd zijn wij vorig jaar van start gegaan op één school, maar ouderbijeenkomsten hebben we helaas nog niet goed kunnen organiseren door corona. We hebben vorig jaar de Ipads in kleine groepjes aan ouders buiten op het schoolplein rond de pingpongtafel uitgedeeld en daar uitleg over gegeven.
Dorine: Het is onze bedoeling dat – als het straks weer kan en mag - de bijeenkomsten met ouders door vrijwilligers worden geleid. Deze (taal)vrijwilligers zijn al opgeleid voor interactie met ouders vanuit het andere project (Begin de dag met een boekje). Het zou mooi zijn als we die groep op den duur verder kunnen uitbreiden en dat het dan ook echt iets van de school en de vrijwilligers wordt. De pilot Digi-TAAL Thuis! is bij de twee scholen waar we nu contact mee hebben, in ieder geval heel enthousiast ontvangen en alle Ipads die we tot onze beschikking hebben, zijn in gebruik.
Lees hier meer over de pilot Samen Digi-TAAL! die Rijnbrink met een aantal bibliotheken is gestart.
Ben je benieuwd naar de ontwikkelingen van de pilot met bibliotheken in Gelderland en Overijssel? Neem dan contact op met Evelien Wietsma
Begin 2020 startte Rijnbrink samen met een aantal bibliotheken de pilot Samen Digi-TAAL. Dit is een project waarbij gezinnen tablets met educatieve apps in bruikleen krijgen, zodat ouders met hun kinderen daar thuis mee aan de slag gaan. Tijdens ouderbijeenkomsten wordt er aandacht besteed aan thema’s rondom lezen en het gebruik van de apps. Een mooie manier om via deze gezinsaanpak kinderen én hun ouders te helpen met taal. Bibliotheek Oldenzaal, Veluwezoom, Brummen-Voorst en Fundament uit Losser deden afgelopen jaar mee met deze pilot.
Het project Samen Digi-TAAL vindt zijn oorsprong bij basisschool de Horizon in Delft. Met hen is er een samenwerkingsovereenkomst gestart om te kijken of dit project binnen Gelderland en Overijssel voor de bibliotheken ook mogelijkheden biedt.
Waarom Samen Digi-TAAL?
Er zijn al verschillende programma’s die bijdragen aan het bevorderen van geletterdheid en leesplezier en het doorbreken van de cyclus van laaggeletterdheid. Denk aan de Bibliotheek op school en de Voorleesexpress. Het project Samen Digi-TAAL is hier een waardevolle aanvulling op, omdat het gebruik van digitale hulpmiddelen een goed middel blijkt te zijn om taalontwikkeling en leesplezier te stimuleren. Voor de jongste kinderen én hun ouders!
Wat is Samen Digi-TAAL?
Op welke manier een project als Samen Digi-TAAL het beste in te zetten is, is lokaal maatwerk. Vaak wordt de samenwerking met een basisschool en voorschoolse organisaties gezocht, omdat je ouders via deze partners het beste bereikt. Maar het project kan ook aansluiten bij andere bestaande programma’s van de bibliotheek, zoals de VoorleesExpress.
Kinderen van groep 1 en 2, maar ook peuters van de kinderdagopvang krijgen gemiddeld 20 weken een tablet in bruikleen mee naar huis. De techniek op de tablet kan zo ingeregeld worden dat er op afstand nieuwe apps geplaatst en oude apps verwijderd kunnen worden. De enige voorwaarde is dat er thuis wifi nodig is om de tablets te kunnen gebruiken. De tablets zijn zo ingesteld dat je er niet mee op internet kan, maar dat alleen de apps te gebruiken zijn.
Ouderbijeenkomsten en contact cruciaal
De ouderbijeenkomsten binnen Samen Digi-TAAL zijn cruciaal en daarom is deelname aan deze bijeenkomsten in bijvoorbeeld Delft een voorwaarde om mee te kunnen doen. Tijdens deze bijeenkomsten, die gemiddeld één keer per maand plaatsvindt, krijgen ouders uitleg en instructies over de apps en hoe ze hier met hun kind mee om kunnen gaan. Soms gebeurt dit 1 op 1. Door het contact met de ouders kan er op maat gekeken worden wat nodig is en kan het zijn dat ouders zelf ook hulp nodig hebben bij hun eigen (digi) taalvaardigheden. Er kan dan een warme doorverwijzing plaatsvinden naar bijvoorbeeld het Taalhuis van de Bibliotheek.
De tablet als middel
De tablet wordt samen met andere materialen in een rugtas meegegeven. De meerwaarde zit hem dan ook in de koppeling van de apps op de tablet met een fysiek boek, of activiteiten rondom bijvoorbeeld een digitaal prentenboek. Na ca. een maand worden er weer nieuwe apps beschikbaar gesteld en nieuwe materialen meegegeven. Op de basisschool de Horizon in Delft zijn kinderen heel enthousiast en leren er veel van. ‘Dat boek heb ik al op de Ipad gelezen juf!’
Ben je benieuwd naar de ontwikkelingen van de pilot met bibliotheken in Gelderland en Overijssel? Neem dan contact op met Evelien Wietsma.
Lees meer over de aanpak van Stichting Fundament met deze pilot.
Voor het project ThuisTaal gaan PABO-studenten van Saxion normaal gesproken meerdere malen op bezoek bij een nieuwkomersgezin om te ondersteunen bij de taalontwikkeling van de kinderen. Nu dat niet kan, verzorgden nieuwkomersscholen, bibliotheken en Rijnbrink een online programma. Op deze manier krijgen de studenten toch nog een kijkje in het leven van een nieuwkomersgezin én kunnen ze de gezinnen helpen met taal.
‘Waar een derdejaars PABO-student de afgelopen jaren bij een nieuwkomersgezin langs ging om de kinderen voor te lezen en talige spelletjes en oefeningen te doen, is dat nu niet mogelijk. Samen met het gezin de Bibliotheek bezoeken zit er helaas ook niet in. Om de studenten toch bekend te maken met nieuwkomersgezinnen en het nieuwkomersonderwijs ging ik samen met onze partners op zoek naar een alternatief. En dat werd een maatwerkopdracht in combinatie met online gastcolleges’, vertelt Karien van Buuren, adviseur bij Rijnbrink.
Gastcolleges
Karien: ‘In het eerste gastcollege vertelde ik over de vluchtelingenproblematiek en over de gezinsaanpak laaggeletterdheid. De medewerkers van Bibliotheek Oldenzaal en Bibliotheek Enschede namen de studenten mee in hun leesbevorderingsprogramma’s, de dienstverlening en de collectie. Leerkrachten Evelien van Baaden (IOK de Globe) en Monica Luttikhuis (De Regenboog op SBO de Windroos) vertelden over de leerlingen, de methodiek, materialen en ouderbetrokkenheid.’
‘Voor het tweede gastcollege filmden we een interview met een nieuwkomersgezin uit Eritrea. Vader, moeder en hun twee kinderen vertellen hoe het leven en het onderwijs in Eritrea was. En hoe zij nu de Nederlandse taal proberen te leren. Dit gaf de studenten een goed beeld van een nieuwkomersgezin, ook al kunnen zij zo’n gezin niet zelf bezoeken’, vertelt Karien.
Educatieve materialen op maat
De studenten gaan nu educatieve materialen op maat ontwikkelen voor de nieuwkomersgezinnen, waarmee de ouders zelf aan de slag kunnen met de kinderen. Zo worden de ouders gesterkt in hun rol van leesopvoeder en wordt de taalontwikkeling van de kinderen gestimuleerd, met aandacht voor de thuistaal én de schooltaal, het Nederlands.
50 nieuwkomersgezinnen ondersteund
Karien: ‘Ik vind het waardevol dat bibliotheken, nieuwkomersonderwijs en Rijnbrink dit ‘offline’ project samen hebben omgezet naar een goed online alternatief. Hiermee hebben we de 100 derdejaars studenten en 50 nieuwkomersgezinnen alsnog bereikt en ondersteund. De studenten zijn de toekomstige leerkrachten en de ambassadeurs van de bibliotheken!’
Meer informatie?
Wil je meer weten over deze online aanpak van ThuisTaal? Neem contact op met Karien van Buuren.
ThuisTaal is ontwikkeld in regio Twente, in samenwerking met de Overijsselse Bibliotheken en de Lerarenopleiding Basisonderwijs van het Saxion in Enschede.
Ontmoeten, ervaringen delen en kennis uitwisselen. Dat zijn de speerpunten van een studiekring: een groep van tien tot vijftien vijftigplussers die tweewekelijks bij elkaar komt om een gezamenlijk gekozen onderwerp te bespreken. Al sinds 2016 is het Landelijk Platform Studiekringen50plus, in samenwerking met Rijnbrink, druk doende om het begrip ‘studiekringen’ in heel Nederland te introduceren. En met succes, want inmiddels zijn er ruim negentig studiekringen actief, waarvan vele in Gelderland en Overijssel. In de Bibliotheek Deventer start dit jaar ook een studiekring - en misschien zelfs twee of drie. “Voor de informatiebijeenkomsten hebben zich 55 mensen aangemeld. Binnenkort weten we hoeveel mensen zich definitief inschrijven.”
Starten zodra het kan
Aan het woord is Wilma Achtereekte, programmamaker bij de Bibliotheek Deventer. “De wervingscampagne voor de nieuwe studiekring(en) was een groot succes. We hebben het dan ook heel breed uitgezet: op social media, op onze website, in lokale nieuwsbrieven, in de plaatselijke kranten en via welzijnsorganisaties in de gemeente Deventer. Inmiddels is de eerste informatiebijeenkomst geweest en mensen zijn erg enthousiast. Vijftigplussers hebben veel kennis en levenswijsheid en willen dit graag met anderen delen. Ze willen zichzelf blijven ontwikkelen, ook op latere leeftijd. En het samenkomen met leeftijdsgenoten vinden ze ook belangrijk. Ik verwacht dat daarom de animo zo groot is, want al deze aspecten komen in een studiekring samen. Vanwege corona laten de andere twee informatiebijeenkomsten op zich wachten, dus de vraag is nog even hoeveel mensen zich daadwerkelijk aanmelden. We verwachten, zodra ontmoeten weer mogelijk is, te starten met een hele mooie groep enthousiastelingen.”
Een informele manier van leren
“Een collega en ik zijn door het landelijk platform in samenwerking met Rijnbrink getraind in het opzetten van zo’n nieuwe studiekring. De voorbereiding is dus goed”, gaat Achtereekte verder. “Ook is er een vrijwilliger van het landelijk platform betrokken bij deze opstartfase. Zij is tijdens de informatiebijeenkomsten aanwezig om inhoudelijke informatie te geven en vanuit haar eigen ervaring (praktische) vragen te beantwoorden. Wanneer de nieuwe studiekring daadwerkelijk van start gaat, schuif ik nog een paar keer aan ter ondersteuning. Daarna trek ik mezelf terug, al kan de studiekring me natuurlijk altijd vragen stellen of om advies vragen. Maar het doel is dat de studiekring zelfredzaam wordt. De groep bepaalt zelf welke onderwerpen er besproken worden, wie wanneer een presentatie geeft en wie wanneer gespreksleider is. Een studiekring is namelijk geen schoolse, maar juist een hele informele manier van leren. Na iedere presentatie is er ruimte om het gesprek met elkaar aan te gaan. Dat is ook één van de redenen waarom deelname aan een studiekring niet helemaal vrijblijvend is. Er wordt van ieder lid verwacht dat hij of zij volop meedoet.”
Iedereen heeft een meerwaarde
Een studiekring is op deze manier een belangrijke activiteit in een ‘Leven Lang Leren’, die zich afspeelt in een sociale, hechte groep. Studiekringen houden mensen betrokken bij elkaar en de samenleving. Ze zorgen voor mentale fitheid van ouderen en gaan eenzaamheid tegen. “Daarom sluit het concept ook zo goed aan bij bibliotheken”, zegt Achtereekte. “Net als een studiekring is een Bibliotheek een open plek die voor iedereen toegankelijk is. Een plek waar je kennis kunt verwerven en met anderen kunt uitwisselen, waardoor je geïnspireerd wordt en mentaal fit blijft. En een plek waar je andere mensen kunt ontmoeten, en die dus eenzaamheid tegengaat. Goed om te weten: iedereen van vijftig jaar en ouder kan zich voor een studiekring aanmelden, ongeacht achtergrond, werk en opleiding. Het is écht voor iedereen, want iedereen heeft vanuit zijn of haar levenservaring een meerwaarde. Dat maakt het zo geweldig.”
Ook meedoen?
Ben je 50 jaar of ouder en wil je graag nieuwe mensen ontmoeten? Ben je nieuwsgierig aangelegd en deel je graag jouw eigen kennis? Lees dan op deze website meer over de nieuwe studiekring van de Bibliotheek Deventer en zet jezelf op de wachtlijst.
Op 18 december start de aanvraagperiode van de subsidieregeling Kwaliteitsimpuls laagtaalvaardige ouders. Met een aanvraag kunnen bibliotheken hun aanbod voor deze doelgroep verstevigen en opschalen. Indienen kan van 18 december 2020 tot en met 28 februari 2021. De subsidieregeling is voor bibliotheken gepubliceerd in de Staatscourant. Voor elke bibliotheekorganisatie is 4.200 euro beschikbaar, bedoeld voor activiteiten voor laagtaalvaardige ouders in het kader van gezinsaanpak. Het gaat om aanbod dat loopt van 1 januari tot en met 31 december 2021. Lees hier meer.
Evelien Wietsma en Karien van Buuren denken graag mee hoe je de subsidie het beste kunt inzetten voor jouw lokale gezinsaanpak. Beiden zijn in ieder geval tijdens het telefonisch spreekuur kwaliteitsimpuls laagtaalvaardige ouders (gezinsaanpak) bereikbaar.
Spreekuur kwaliteitsimpuls laagtaalvaardige ouders (gezinsaanpak):
Benieuwd naar een overzicht van de subsidiemogelijkheden voor activiteiten rond de gezinsaanpak? Kijk dan hier.
Er komt een nieuwe Wet Inburgering aan. Met de komst van deze inburgeringswet krijgen gemeenten weer de regie op inburgering. Gemeenten worden verantwoordelijk voor het regelen van inburgering en alles wat er bij participeren en integreren komt kijken. Ondanks dat de invoering van deze wet is uitgesteld naar 1 januari 2022, zijn gemeenten nu al druk aan de slag met de voorbereiding en inrichting van deze nieuwe taken. Maar waarschijnlijk zit jij als coördinator of docent bij het Taalhuis ook niet stil. Vraag je je af hoe je in gesprek kunt komen met de gemeente over samenwerking? Marjan Strijker en Esra van den Aker van Taalpunt Zwolle (gevestigd in Stadkamer Zwolle) geven je een aantal praktische tips.
Door het coronavirus is het bezoeken van de kinderen thuis even niet meer zo vanzelfsprekend. En dat betekent dat voorlezers de voorleessessies nu ook digitaal moeten kunnen invullen, om (veelal taalzwakke) gezinnen aangehaakt te houden. In Stadkamer Zwolle zijn ze dit najaar gestart met een hybride voorleestraject. Annemieke Swinkels, Adviseur media- en taaleducatie én projectleider van de VoorleesExpress in Stadkamer, vertelt graag meer over haar ervaringen rondom het opzetten van de hybride vorm. Wat speelde mee in haar besluitvorming, hoe heeft ze het proces aangepakt en wat heeft het traject tot nu toe opgeleverd?
In de gemeente Steenwijkerland wordt werk gemaakt van de aanpak van laaggeletterdheid. En met succes. Reneke Boer is beleidsmedewerker bij de gemeente Steenwijkerland en richt zich vanuit deze rol sinds 1,5 jaar uitsluitend op de aanpak van laaggeletterdheid. Daarbij heeft ze nauw contact met onder andere de coördinatoren van het Taalpunt, waar Mieke Peters er één van is. Een kijkje in de keuken van Steenwijkerland.
Aanpak verankerd in beleid gemeente
Reneke: ‘In de gemeente Steenwijkerland hebben we specifiek beleid gemaakt onder de titel: ‘Laaggeletterdheid pakken we samen aan’, met als ondertitel ‘Taal als vliegwiel naar meedoen’. Dit is beleid voor de periode 2019-2022 dat door de gemeenteraad is vastgesteld. De coördinatie en de regie liggen dus bij de gemeente, maar er is een stuurgroep gevormd om dit beleidsplan uit te voeren. Daarin zijn alle betrokken partijen vertegenwoordigd: Sociaal Werk De Kop, de Taalpuntcoördinatoren, maar ook het onderwijs (de ROC’s), de werkvoorziening, de sociale dienst, de Bibliotheek en Stichting Lezen en Schrijven.’
Concrete doelstellingen
In het beleidsplan zijn acht concrete doelstellingen vastgelegd om binnen vier jaar te halen. Reneke: ‘Een aantal van die doelstellingen is bijvoorbeeld om zeshonderd deelnemers voor taalaanbod te krijgen, honderdvijftig deelnemers voor digitale vaardigheden en honderdvijftig deelnemers voor het rekenaanbod. Maar ook om samen met werkgevers bij tien bedrijven voorlichting te geven en taal- en rekentoetsen af te nemen. Bij alle doelstellingen is bovendien vastgelegd wie waarvoor verantwoordelijk is. Daarnaast hebben we een monitoringssysteem ontwikkeld, zodat we echt kunnen zien wat het allemaal oplevert.’
Cruciale rol voor Taalpuntcoördinatoren
Mieke Peters is één van de twee Taalpuntcoördinatoren in Steenwijkerland. De Taalpuntcoördinatoren hebben een cruciale positie in de aanpak van laaggeletterdheid.
Mieke vertelt: ‘Zoals denk ik overal in het land is onze grootste groep waar we mee aan de slag zijn op dit moment die van de NT2’ers, ofwel de mensen die Nederlands als tweede taal hebben. Deze mensen weten over het algemeen de weg naar ons wel te vinden. Om de laaggeletterden te bereiken die Nederlands als moedertaal hebben (de NT1‘ers) is vaak een andere aanpak nodig. Het is bekend dat deze groep een drempel over moet en dat schaamte hierbij een grote rol speelt. Dat betekent dat we dit anders moeten aanvliegen. Bijvoorbeeld door bedrijven te benaderen.’
Presentaties aan bedrijven
Mieke: ‘Wat we voor die deelnemers van de bedrijven doen is echt maatwerk. Bij het ene bedrijf gaan we aan de slag met het project Taal op de Werkvloer. Bij een ander bedrijf hebben we een training afgerond voor een gemixte groep van zowel NT1- als NT2-mensen. De vraag van de deelnemer en het bedrijf blijft bij ons centraal staan, want we doen het voor hén. Wat is er nodig? Dat kan hulp bij taal en rekenen zijn, maar ook meer zelfvertrouwen of andere vaardigheden. Die maken we dan ook onderdeel van de training, die we samen met een ROC opzetten.’
Het Taalpunt krijgt meer bekendheid
Mieke: ‘We beginnen nu te merken – en dat is ontzettend mooi – dat bedrijven óns weten te vinden. Je ziet dat het langzaam in beweging komt. Het netwerk van alle betrokken organisaties, instanties en bedrijven is voor het Taalpunt essentieel. Iedereen heeft contacten met de doelgroep. Die afstemming onderling en het leggen van verbindingen is cruciaal. Als het gaat om digitale vaardigheden werken we bijvoorbeeld veel samen met (ouder)verenigingen, maar als er in het kader van schuldhulpverlening een nieuwe groep mensen start met een training administratie, werken we samen met de sociale dienst en met consulenten van de gemeente. Zo zijn er talloze voorbeelden van samenwerking te noemen.’
Dit artikel is ingekort. Lees het hele artikel in het online magazine Taal Werkt!.
Om u beter van dienst te kunnen zijn, maakt deze website gebruik van cookies. Cookies zijn kleine eenvoudige bestandjes die door browsers op de harde schijf van een computer worden geplaatst en informatie over bezoek aan websites bijhouden. De in de cookies opgeslagen informatie kan bij een volgend bezoek weer worden teruggestuurd.
1. Functionele cookies
Dit zijn functies die ervoor zorgen dat u deze website goed kunt gebruiken, waaronder de optie Mijn Bibliotheek.
2. Cookies voor analyse
Om het gebruik van onze websites te meten gebruiken wij de dienst Google Analytics. Daarmee wordt onder meer bijgehouden hoe bezoekers onze website gebruiken, welke pagina’s zij bezoeken, waar zij vandaan komen, waar zij op klikken en welke browser zij gebruiken. Met deze informatie kunnen wij het gebruiksgemak en de kwaliteit van onze websites verbeteren en kunnen bezoekersstatistieken worden opgesteld.
Google kan als leverancier van deze dienst de via de cookies verkregen informatie gebruiken voor hun eigen producten en diensten. Google kan deze informatie aan derden doorgeven indien Google hiertoe wettelijk wordt verplicht, of voor zover derden de informatie namens of in opdracht van Google verwerken. Wij hebben hier geen invloed op. Zie ook het privacy beleid van Google.
3. Cookies van derde partijen
Op deze website kan een Twitter widget zijn geplaatst. Als een pagina met een Twitter widget wordt bezocht, houdt Twitter onder meer bij dat dit bezoek heeft plaatsgevonden. Ook houdt Twitter verdere interactie van de bezoeker met de widget bij. Twitter kan deze informatie relateren aan andere bezoeken van pagina’s met een Twitter widget. Wij hebben hier geen invloed op. Zie ook het privacy beleid van Twitter.
Wanneer u de cookies wilt blokkeren of verwijderen, moet u dit doen voor elke computer en elke afzonderlijke browser waarmee u deze website bezoekt. Daarom geven we u hieronder per browser de te volgen procedure.
Wij behouden ons het recht voor deze cookiepolicy te wijzigen. De wijzigingen gaan in direct na het plaatsen van de gewijzigde cookiepolicy. Deze policy is voor het laatst gewijzigd op 1 oktober 2017.
Ik ga akkoord.